Vollenhove maakt zich op voor 24ste Survivalrun

De organisatie van de 24ste Survivalrun is druk bezig met de laatste voorbereidingen. Op zaterdag 8 november is het zover, wanneer ruim 1300 deelnemers de strijd aangaan met touwen, balken en hindernissen – én in de beruchte Wetlands.

Al sinds begin oktober zijn tientallen vrijwilligers in weer en wind in de weer om het parcours op te bouwen. Hun inzet resulteert in maar liefst vijftig hindernissen, verspreid over drie afstanden: 6, 9 en 13 kilometer. De eerste wedstrijdlopers starten om 9.30 uur, gevolgd door de recreanten die om 13.00 uur van start gaan.

Duurzame primeur

Dit jaar staat de Survivalrun Vollenhove niet alleen in het teken van sportieve uitdaging, maar ook van duurzaamheid. De organisatie neemt deel aan een nieuwe pilot van de Survivalrun Bond Nederland (SBN) voor een duurzamer shirtsysteem.

“Duurzaamheid staat al jaren op onze agenda”, vertelt voorzitter Jaap de Olde. “Toen de bond vroeg of we wilden meewerken aan de pilot met wedstrijdshirts, twijfelden we geen moment. Natuurlijk brengt het wat uitdagingen met zich mee, maar we hebben er alle vertrouwen in dat het weer een topdag wordt. We vinden het vooral mooi dat we op deze manier kunnen bijdragen aan het duurzamer maken van onze sport.”

Tijdens de pilot krijgen wedstrijdlopers een shirt met hun persoonlijke bondsnummer. Recreanten ontvangen een hesje met hun startnummer en worden gevraagd zelf een sportshirt mee te nemen.

Feest voor de jeugd

Een dag eerder, op vrijdag 7 november, is het de beurt aan de jeugd. Meer dan 300 kinderen doen dan mee aan de populaire kidsrun, die al jaren veel belangstelling trekt van scholen uit Vollenhove en omgeving.
Leerlingen uit groep 5 en 6 leggen een verkorte route af in en rondom het park, waarbij ze ook over de survivalbaan mogen. Het draait niet alleen om snelheid of kracht – plezier en bewegen staan voorop.

“Met zoveel enthousiasme, inzet van vrijwilligers en oog voor duurzaamheid belooft de 24ste Survivalrun Vollenhove opnieuw een sportief spektakel te worden waar de hele regio trots op kan zijn”, besluit de organisatie.